Carménère

Herkomst

De Carménère is een van oorsprong blauwe Franse druivensoort. Deze druif is een oude variëteit uit de Gironde, waar het voor het eerst in 1783 werd genoemd in het plaatsje Bergerac in de Dordogne-streek onder de naam 'Carmeynere'. DNA onderzoek heeft uitgewezen dat het een kruising is van de Cabernet Franc en de Gros Cabernet uit de Tarn. Deze laatste wordt trouwens niet meer verbouwd.

Door de Phylloxera plaag in 1867 werden bijna alle wijngaarden van Europa vernietigd, en werden de Carménère wijnstokken bijzonder hard getroffen zodanig dat voor vele jaren de druif als uitgestorven werd gezien. Toen de wijngaarden werden herplant, kozen telers liever andere rassen die een grotere opbrengst garandeerden en minder coulure-gevoelig (tijdens het bloei wordt door overvloedige regenval het stuifmeel voor een belangrijk gedeelte weggespoeld waardoor bevruchting achterwege blijft met als resultaat : geen druiven !) druiven waren met als logisch gevolg dat de herbeplanting van de Carménère geleidelijk werd verlaten.

Een andere situatie deed zich in Italië voor. In 1990 verwierf Ca 'del Bosco wijngaarden met Cabernet Franc wijnstokken van een Franse kwekerij. Dat dachten ze toch ... De telers merkten op dat de druiven verschillend waren van de traditionele Cabernet Franc, zowel in kleur en smaak, en ze rijpten ook eerder. Het bleek wel degelijk de Carménère te zijn.

De Carménère wordt in Italië voornamelijk geteeld in het noordoostelijke deel van het land, van Brescia tot Friuli.

Herkenbare aroma's

De Carménère heeft een lage opbrengst van kleine trossen met een diep blauwe kleur hebben. In de verschillende stadia van rijpheid ontdekken we heel verschillende kenmerken: als de druiven onrijp geoogst worden dan hebben de wijnen een sterk paprika- en peper aroma. Als ze nét rijp zijn, kom je tonen van zwarte peper en tomaat tegen, terwijl bij optimale rijpheid duidelijk chocolade-tonen, tabak, leer en zwart fruit de boventoon voeren.

Wijnen

De Carménère is pas recentelijk opgenomen in de nationale lijst van druivenrassen. Daarom dat de wijn nog kan niet worden verbouwd met de oorsprongsbenamingen IGT, DOC of DOCG. Sinds 2007 mogen de druiven mogen worden gebruikt in de Italiaanse DOC wijnen uit Veneto (Arcole, Bagnoli di Sopra, Cori Benedettine del Padovano, Garda, Merlara, Monti Lessini, Riviera del Brento en Vicenza), Friuli-Venezia Giulia (Collio of Collio Goriziano) en Sardinië (Alghero).

 

Klik hier om de wijnen te zien uit onze selectie op basis van de Carmenere druif.